5. Toelichting op de balans
5.1 Immateriële vaste activa
Immateriële vaste activa, verloop
| Bedragen x € 1.000 | 2024 | 2023 | |
|---|---|---|---|
| Boekwaarde per 1 januari | 151.215 | 134.910 | |
| Investeringen | 22.957 | 31.112 | |
| Afwaarderingen | -1.093 | -2.442 | |
| Verwerving als gevolg van acquisities | 3.775 | - | |
| Afschrijvingen | -13.350 | -12.365 | |
| Boekwaarde per 31 december | 163.504 | 151.215 |
Immateriële vaste activa, cumulatief
| Bedragen x € 1.000 | 31-12-2024 | 31-12-2023 | |
|---|---|---|---|
| Verkrijgingsprijzen | 413.574 | 386.842 | |
| Cumulatieve waardeverminderingen en afschrijvingen | -250.070 | -235.627 | |
| Boekwaarde per 31 december | 163.504 | 151.215 |
Immateriële vaste activa, specificatie
| Bedragen x € 1.000 | Goodwill | Overgenomen verzekerings-portefeuilles | Software-systemen | Overig | Totaal |
|---|---|---|---|---|---|
| Boekwaarde 31-12-2023 | 74.191 | 9.001 | 67.104 | 919 | 151.215 |
| Investeringen | - | - | 22.957 | - | 22.957 |
| Verwerving als gevolg van acquisities | 3.775 | 3.775 | |||
| Afwaarderingen | -1.093 | - | - | - | -1.093 |
| Afschrijvingen | -2.359 | -611 | -10.074 | -306 | -13.350 |
| Boekwaarde 31-12-2024 | 74.514 | 8.390 | 79.987 | 613 | 163.504 |
De investeringen gedurende het boekjaar 2024 hebben voornamelijk betrekking op investeringen in meerdere softwaresystemen.
De afwaardering heeft betrekking op de goodwill van Salarise B.V.
De acquisitie heeft betrekking op goodwill van de overgenomen uitvaartondernemingen Aerde-Hof & Dochter B.V. en Begrafenis Onderneming Dordrecht en omstreken Beheer B.V.
Per jaareinde ziet nog € 19,1 miljoen van de goodwillpositie toe op overgenomen Nederlandse en Belgische uitvaartactiviteiten. De waardering van deze goodwillpositie ultimo jaareinde is sterk afhankelijk van enerzijds het verwachte rendement alsmede ook de verwachte toekomstige exploitatieresultaten. Indien deze grootheden in de toekomst afwijken van de huidige inschattingen kan dit een effect hebben op de boekwaarde.
Per jaareinde is de goodwillpositie die betrekking heeft op de overname van Yarden € 55,4 miljoen. De afloop hiervan hangt samen met de uitloop van de Yarden-portefeuille.
5.2 Beleggingen
DELA Groep beheert risicoposities met behulp van periodieke Asset & Liability Management (ALM)–studies met het doel op de lange termijn beleggingsresultaten te realiseren die de interestverplichtingen uit hoofde van verzekeringscontracten en deposito's overtreffen en daarnaast de winstdelingambities waarmaken. De belangrijkste beleggingsdoelstelling in het verzekeringsbedrijf is de maximalisatie van het beleggingsrendement binnen het toegestane risicokader.
5.2.1 Onroerende zaken
Onroerende zaken, verloop
| Bedragen x € 1.000 | Ref. | 2024 | 2023 |
|---|---|---|---|
| Boekwaarde per 1 januari | 530.956 | 595.829 | |
| Investeringen | 11.772 | 23.193 | |
| Herwaarderingen | -11.487 | -29.691 | |
| Herrubricering uitvaartcentra | - | 20.852 | |
| Desinvesteringen | -23.940 | -79.226 | |
| Boekwaarde per 31 december | 507.301 | 530.956 | |
| Verkrijgingsprijzen | 488.679 | 500.847 | |
| Cumulatieve waardemutaties | 18.622 | 30.109 | |
| Boekwaarde per 31 december | 507.301 | 530.956 |
Onroerende zaken betreffen investeringen in direct vastgoed. Op de balans van DELA Groep zijn geen vastgoedbeleggingen opgenomen vanuit operationele leasing waarbij DELA de lessee is. Om een betere geografische spreiding van vastgoedbeleggingen te bewerkstelligen zijn vanaf 2020 delen van de vastgoedportefeuille verkocht en is er geïnvesteerd in internationale vastgoedfondsen (beleggingscategorie: vastgoedfondsen). De waardering van het vastgoed (excl. crematoria en uitvaartcentra) dat ultimo 2024 nog in de portefeuille zit, is in 2024 met circa 17 procent in waarde gedaald. De markthuur steeg voor deze assets met ongeveer 2 procent. Ultimo 2024 bedroeg de totale waarde van deze portefeuille 11.9 keer de markthuur (2023: 11,6 keer).
Over de desinvesteringen is een positief resultaat van € 3,1 miljoen gerealiseerd. Het verkoopresultaat wordt bepaald door het verschil tussen de nettoverkoopopbrengst en de waardering op de balans per verkoopdatum.
De overige onroerende zaken zijn allemaal dienstbaar aan de bedrijfsactiviteiten.
In het volgende overzicht is een verdeling van onroerende zaken naar soort weergegeven.
Onroerende zaken, specificatie
| Bedragen x € 1.000 | 31-12-2024 | 31-12-2023 | |
|---|---|---|---|
| Winkels | 42.760 | 67.855 | |
| Woningen | 2.825 | 4.020 | |
| Crematoria | 295.185 | 304.724 | |
| Uitvaartcentra | 106.346 | 98.464 | |
| Kantoren | 30.520 | 33.665 | |
| Overig | 29.665 | 22.228 | |
| Totaal | 507.301 | 530.956 |
De beleggingen in winkels bestaan hoofdzakelijk uit winkelpanden op A-1 locaties en winkelcentra verspreid over Nederland.
Overige onroerende zaken hebben betrekking op DomusDELA en lopende projecten. De fair value van DomusDELA Vastgoed (€ 15,1 miljoen) en Klooster (€ 3,8 miljoen) is in 2023 extern getaxeerd.
Per 31-12-2024 waren er geen onroerende zaken in ontwikkeling.
Onroerende zaken, bedragen in resultatenrekening
| Bedragen x € 1.000 | 2024 | 2023 | |
|---|---|---|---|
| Huurinkomsten | 40.680 | 43.298 | |
| Overige baten en lasten | -18.822 | -25.603 | |
| Exploitatiekosten | -18.395 | -13.533 | |
| Totaal | 3.463 | 4.161 |
De huurcontracten voor commercieel vastgoed worden opgesteld op basis van ROZ-model 2012. Circa 45 procent van de contracten hebben een looptijd en worden automatisch verlengd, als er niet opgezegd wordt. Circa 57 procent van de contracten met looptijd hebben een verlengingsregel van 5 jaar, overige hebben diverse looptijden (meestal 1 of 3 jaar). 25 procent van de contracten loopt voor onbepaalde tijd, op ieder moment opzegbaar met inachtneming van een opzegtermijn van een jaar. Er zijn geen koopopties opgenomen in de contracten.
De negatieve Overige baten en lasten komen voornamelijk voort uit een ongerealiseerde waardedaling van de onroerende zaken. Dit is onderdeel van de beleggingsopbrengsten.
DELA Groep heeft aangaande leegstand een beperkte omvang aan exploitatiekosten.
Contractuele verplichtingen per balansdatum
| Bedragen x € 1.000 | 31-12-2024 | 31-12-2023 | |
|---|---|---|---|
| Voor nieuwbouw | - | 45 | |
| Voor herontwikkeling | 4.185 | - | |
| Totaal | 4.185 | 45 |
In de waardebepaling van onroerende zaken zijn schattingen opgenomen. Daarom bestaat er een mate van onzekerheid in de waardering en dient er bij de waardering altijd met een bandbreedte rekening gehouden te worden. De nauwkeurigheid van een taxatie van een courant object wordt geacht te liggen binnen een bandbreedte van 10 procent (+/ -) van de waarde. Hieronder wordt de waarderingsmethode per categorie onroerende zaak toegelicht.
Waarderingsmethode van winkels, woningen, kantoren en parkeerplaatsen
De waardering van de onroerende zaken wordt onder meer gebaseerd op beschikbare marktgegevens en wordt samengesteld door externe taxateurs. De taxaties worden uitgevoerd conform RICS Taxatiestandaarden en conform het reglement van de NRVT. Zowel de RICS Taxatiestandaarden als het reglement van de NRVT voldoen aan de 'International Valuation Standards' en derhalve voldoen de taxaties hier ook aan. De methode is afhankelijk van het type vastgoed. In de vastgoedportefeuille is de BAR/NAR-methode, de huurwaardekapitalisatiemethode en de Discounted cashflow (DCF) methode gehanteerd. Minimaal één keer in de 3 jaar wordt de waarde door onafhankelijke, externe deskundigen vastgesteld door middel van een full valuation op basis van onderhandse verkoopwaarde in verhuurde staat. In de tussenliggende jaren wordt de waarde gebaseerd op een hertaxatie die ook door de externe deskundigen wordt verricht. De gehele portefeuille is gewaardeerd door de externe taxateur CBRE . De taxateur beschikt over een ISAE3402 type II verklaring. De verantwoordelijke taxateurs zijn ingeschreven bij het NRVT. De gehanteerde disconteringsvoet ligt tussen de 2 procent en 7 procent, afhankelijk van de gehanteerde risico-opslag die per complex wordt vastgesteld. De Gross initial yield ligt tussen 3,2 procent en 19,1 procent. Indien er definitieve en onvoorwaardelijke overeenstemming is over de verkoop van een onroerende zaak wordt de onroerende zaak gewaardeerd tegen de overeengekomen koopsom.
Winkels
Voor het bepalen van de actuele waarde van de winkels zijn de volgende berekeningsmethoden gehanteerd: de huurwaardekapitalisatiemethode of de DCF-methode. De taxateur maakt een afweging met welke methode hij het best de waarde kan bepalen. Bij winkels wordt voornamelijk de huurwaardekapitalisatiemethode gehanteerd, bij winkelcentra voornamelijk de DCF-methode. Bij de huurwaardekapitalisatiemethode wordt de actuele waarde bepaald aan de hand van de brutomarkthuurwaarde van de verhuurbare vloeroppervlakten van de gebouwen en/of terreinen, verminderd met onroerende zaak gebonden zakelijke en andere lasten en gerelateerd aan een onder de huidige marktomstandigheden reëel geacht nettorendement.
Woningen
Voor de bepaling van de actuele waarde van de woningen wordt de DCF-methode gebruikt. Bij deze berekening wordt uitgegaan van een rendement gedurende een beschouwperiode van 10 jaar. De cashflows bestaan uit huurinkomsten en eventuele uitpondopbrengsten, verminderd met onroerende zaak gebonden zakelijke en andere lasten.
Kantoren
Voor kantoren is het in de markt gangbaar om deze objecten te waarderen op basis van de inkomstenbenadering en de vergelijkingsmethodiek. Derhalve is de waardering tot stand gekomen door middel van een gecombineerde BAR/NAR-DCF rekenmethodiek.
Waarderingsmethode van crematoria
Crematoria worden gewaardeerd tegen de actuele waarde op balansdatum. Voor de bepaling van deze actuele waarde wordt bij crematoria ouder dan 5 jaar de DCF-methode en huurwaardekapitalisatiemethode gebruikt. De gehanteerde discount rates zijn marktconform en liggen tussen 9,25 procent en 10,25 procent. Minimaal één keer in de 5 jaar wordt de waarde door onafhankelijke, externe deskundigen vastgesteld. In de tussenliggende jaren wordt de actuele waarde intern vastgesteld. Het extern waarderen vindt roulerend in de tijd over de portefeuille plaats, waardoor jaarlijks altijd een gedeelte van de portefeuille door een onafhankelijke, externe deskundigen is vastgesteld.
De crematoria jonger dan 5 jaar worden gewaardeerd op basis van de stichtingskosten, aangezien deze periode als opstartfase aangemerkt wordt. Daarnaast wordt jaarlijks met een intern rekenmodel getoetst of er een bijzondere waardevermindering moet plaatsvinden.
Door het gebrek aan actuele transacties in de markt die gebruikt kunnen worden om het taxatieproces te valideren, heeft het taxeren van onroerende zaken een aanzienlijk verhoogde graad van onzekerheid. In geval er sprake is van verkooptransacties in de periode waarin de jaarrekening wordt opgemaakt waarbij er afwijkingen zijn tussen de verkoopwaarde en de taxatiewaarde, vindt waardering van de onroerende zaak plaats tegen de gerealiseerde verkoopwaarde. Verkoopresultaten en waardeveranderingen van op marktwaarde gewaardeerde onroerende zaken worden verwerkt in de resultatenrekening. Via de resultatenrekening worden deze waardeveranderingen, mits deze (op pandniveau) cumulatief positief zijn, verwerkt in de herwaarderingsreserve waarbij met latente belastingen rekening wordt gehouden. Hierbij wordt rekening gehouden met de oorspronkelijke kostprijs waarbij geen correctie wordt gemaakt voor afschrijvingen.
Waarderingsmethode van uitvaartcentra
De uitvaartcentra die eigendom zijn van de verzekeraar (of één van haar deelnemingen) zijn als beleggingsvastgoed aangemerkt. Deze uitvaartcentra worden gewaardeerd tegen de actuele waarde op balansdatum. Voor de bepaling van deze actuele waarde wordt bij uitvaartcentra ouder dan 5 jaar de huurwaardekapitalisatiemethode toegepast. Minimaal één keer in de 5 jaar wordt de waarde door onafhankelijke, externe deskundigen vastgesteld. In de tussenliggende jaren wordt de actuele waarde intern vastgesteld. Het extern waarderen vindt roulerend in de tijd over de portefeuille plaats, waardoor jaarlijks altijd een gedeelte van de portefeuille door een onafhankelijke, externe deskundigen is vastgesteld.
De uitvaartcentra jonger dan 5 jaar worden gewaardeerd op basis van de stichtingskosten, aangezien deze periode als opstartfase aangemerkt wordt en daarom de beste inschatting is van de actuele waarde.
Waardeveranderingen worden in de resultatenrekening verantwoord. Indien deze waardeveranderingen cumulatief positief zijn, wordt er ten laste van de vrije reserves een herwaarderingsreserve gevormd, waarbij met latente belastingen rekening wordt gehouden. Herwaarderingsreserves worden op objectniveau gevolgd.
5.2.2 Deelnemingen
Deelnemingen, specificatie
| Bedragen x € 1.000 | Aandeel in geplaatst kapitaal | 31-12-2024 | 31-12-2023 |
|---|---|---|---|
| - Société d'Étude et de Service pour la Crémation N.V., Rue des Nutons 329, Charleroi | 35% | 1.345 | 1.287 |
| - Neo Joule B.V., Sintelstraat 27, Maasbracht | 18% | 1.400 | 1.400 |
| - Salarise B.V., Hoofdstraat 244, Driebergen-Rijsenburg | 25% | - | 657 |
| - Jelsumerhof Beheer B.V., Sem Dresdenstraat 2A, Leeuwarden | - | 198 | |
| Totaal | 2.745 | 3.542 |
Deelnemingen, verloop
| Bedragen x € 1.000 | 2024 | 2023 | |
|---|---|---|---|
| Boekwaarde per 1 januari | 3.542 | 4.464 | |
| Desinvesteringen | -198 | -712 | |
| Resultaat deelneming | 58 | 65 | |
| Afwaarderingen | -657 | -275 | |
| Boekwaarde per 31 december | 2.745 | 3.542 |
- DELA Funerals Assistance 1 BVBA heeft een 35 procent belang in Société d'Étude et de Service pour la Crémation N.V., een crematorium;
- DELA Holding N.V. heeft een 18,4 procent belang in deelneming Neo Joule B.V. Neo Joule B.V. is opgericht voor onderzoek naar andere crematiemethoden.
Voor Elkaar Holding N.V. heeft het 25 procent belang in Salarise B.V. afgewaardeerd. Wegens uitblijven van succes is besloten om hier niet verder in te investeren. Het afwikkelplan is in werking gezet.
DELA Uitvaartverzorging N.V. heeft haar 25 procent belang in uitvaartonderneming Jelsumerhof B.V. in 2024 verkocht.
The Right Meal B.V. was in 2023 failliet verklaard. In 2024 is het faillissement afgewikkeld. Per eind 2023 was deze positie al afgewaardeerd naar € 0.
5.2.3 Overige financiële beleggingen
Overige financiële beleggingen, verloop
| Bedragen x € 1.000 | Boekwaarde 31-12-2023 | Aankopen | Verkopen en aflossingen | Herwaarde-ring en andere mutaties | Boekwaarde 31-12-2024 |
|---|---|---|---|---|---|
| Aandelen en andere niet-vastrentende waardepapieren | 1.949.308 | 1.265.802 | -1.379.635 | 320.935 | 2.156.410 |
| Obligaties en andere vastrentende waardepapieren | 2.438.535 | 1.089.120 | -907.671 | 79.110 | 2.699.094 |
| Derivaten | 14.749 | - | - | -14.749 | - |
| Hypothecaire leningen | 150.175 | 4.234 | -15.007 | -632 | 138.770 |
| Overige leningen | 187.397 | 211.217 | -148.810 | 5.520 | 255.324 |
| Vastgoedfondsen | 1.740.192 | 171.526 | -21.290 | 7.527 | 1.897.955 |
| Infrastructuurfondsen | 1.087.047 | 22.418 | - | 37.928 | 1.147.393 |
| Land- en bosbouwfondsen | 250.547 | 92.087 | -26.575 | 18.261 | 334.320 |
| Hypotheekfondsen | 389.016 | 8.500 | - | 13.869 | 411.385 |
| Beleggingen in liquide middelen | 72.010 | - | - | -13.565 | 58.445 |
| Andere financiële beleggingen | 28.718 | 64.592 | - | -4.365 | 88.945 |
| Totaal | 8.307.694 | 2.929.496 | -2.498.988 | 449.839 | 9.188.041 |
In februari 2024 heeft een herstructurering plaatsgevonden binnen de beleggingen van DELA Natura, welke tot gevolg had dat een deel van de aandelen en obligaties zijn verkocht en opnieuw aangekocht, hetgeen tot uitdrukking komt in de mutaties bij aan- en verkopen t.a.v. aandelen en obligaties in bovenstaand verloopoverzicht.
Niet-afgedekte valutaposities
| Bedragen x € 1.000 | 31-12-2024 | 31-12-2023 | |
|---|---|---|---|
| Amerikaanse dollar | 1.268.471 | 1.003.116 | |
| Hong Kong dollar | 183.138 | 159.946 | |
| Britse pond | 143.395 | 137.804 | |
| Zuid-Koreaanse won | 139.305 | 157.489 | |
| Japanse yen | 121.410 | 125.525 | |
| Singaporese dollar | 105.457 | 108.272 | |
| Australische dollar | 97.029 | 110.613 | |
| Indiase roepie | 91.836 | 72.206 | |
| Mexicaanse peso | 84.193 | 87.274 | |
| Nieuwe Taiwanese dollar | 80.236 | 88.848 | |
| Overig | 544.755 | 594.539 | |
| Totaal | 2.859.224 | 2.645.632 |
De niet-afgedekte valutaposities zijn bepaald op basis van het doorkijkprincipe aangezien dit het daadwerkelijke valutarisico weergeeft. De vergelijkende cijfers zijn hierop aangepast, het valutarisico van 2023 is hierdoor € 92 miljoen lager dan in de jaarrekening van 2023 weergegeven.
Aandelen en obligaties
Alle aandelen en obligaties zijn beursgenoteerd.
De modified duration is een maat voor de rentegevoeligheid. De modified duration van de obligaties en andere leningen bedraagt gemiddeld 4,7.
Aandelen, geografisch verdeeld
| Bedragen x € 1.000 | 31-12-2024 | 31-12-2023 | |
|---|---|---|---|
| Noord-Amerika | 36,9% | 36,0% | |
| Azië-Pacific | 33,7% | 32,8% | |
| Europa | 25,3% | 25,5% | |
| Midden Oosten | 2,4% | 2,4% | |
| Latijns Amerika | 1,8% | 3,3% | |
| Totaal | 100,0% | 100,0% |
Aandelen, verdeling naar sector
| Bedragen x € 1.000 | 31-12-2024 | 31-12-2023 | |
|---|---|---|---|
| Informatie Technologie | 21,4% | 20,3% | |
| Financiële instellingen | 21,2% | 18,9% | |
| Luxe consumentengoederen | 12,3% | 12,3% | |
| Industrie | 12,1% | 11,7% | |
| Gezondheidszorg | 8,6% | 9,1% | |
| Consumptiegoederen | 7,4% | 6,7% | |
| Communicatiediensten | 5,3% | 6,6% | |
| Energie | 3,9% | 5,4% | |
| Grondstoffen | 3,6% | 4,6% | |
| Vastgoed | 2,4% | 2,6% | |
| Nutsbedrijven | 1,8% | 1,8% | |
| Totaal | 100,0% | 100,0% |
Vastrentende waardepapieren, verdeling naar rating
| Bedragen x € 1.000 | 31-12-2024 | 31-12-2023 | |
|---|---|---|---|
| AAA | 26,6% | 31,7% | |
| AA | 12,9% | 14,6% | |
| A | 6,6% | 6,8% | |
| BBB | 17,9% | 16,6% | |
| < BBB | 29,4% | 21,9% | |
| Overige | 6,5% | 8,4% | |
| Totaal | 100,0% | 100,0% |
Derivaten
De waardering van de derivaten (valutatermijn contracten) vindt plaats op basis van de ‘mark-to-model’ benadering. De gemiddelde resterende looptijd van deze contracten bedraagt 10 weken. Per 31 december 2024 waren ook derivaten (valutatermijn contracten) aanwezig, maar was de waarde negatief waardoor deze aan de passivazijde onder de kortlopende schulden zijn geclassificeerd.
Hypothecaire leningen
De hypothecaire leningen betreffen directe investeringen in hypotheken, alle met NHG verstrekt. De actuele waarde van de hypothecaire leningen bedraagt € 138,7 miljoen. De actuele waarde van de onderpanden op de hypothecaire leningen bedraagt € 352,4 miljoen per eind 2024.
Overige leningen
In 2024 heeft Voor Elkaar Holding N.V. (VEH) een aanvullende converteerde lening verstrekt aan Prikkl ter grootte van € 1 miljoen. De vergoeding over de lening bedraagt een vaste rente van 6 procent en loopt tot 2027. In 2027 heeft VEH de optie om de lening om te zetten in een aandelenbelang. Daarnaast zijn er in de overeenkomst nog 2 call opties op aandelen opgenomen. De waarde van het conversierecht en de call opties zijn niet betrouwbaar te bepalen. Hierdoor zijn deze uit voorzichtigheid op € 0 gewaardeerd.
Vastgoedfondsen
De vastgoedfondsen zijn niet-beursgenoteerd. De waardering van de vastgoedfondsen betreft de reële waarde, waarbij de DCF-methode is gehanteerd. Deze waardering wordt van de fondsmanagers overgenomen en betreft de waarderingsmethode die ook gebruikt wordt bij het verhandelen van eigendomsstukken, over het algemeen de INREV-waardering. De waardering voldoet aan algemene aanvaardbare waarderingsmethodes. Deze waardering wordt uitgevoerd door een externe taxateur/waardeerder. Van de meeste fondsen ontvangen wij een ISAE3402 Type II rapport of equivalent daarvan.
Van alle vastgoedfondsen wordt een controleverklaring, indien nog niet beschikbaar een statusupdate van de audit, van de externe accountant bij de waardering of jaarrekening ontvangen voordat de jaarrekening van DELA Groep is vastgesteld. Hiermee bestaat er voldoende zekerheid over de betrouwbaarheid van de door fondsmanagers verantwoorde waarderingen, er blijft echter in beperkte mate sprake van schattingsonzekerheden die van nature aanwezig zijn bij de door het fonds gehouden investeringen.
Infrastructuurfondsen en land- en bosbouwfondsen
De infrastructuurfondsen en land- en bosbouwfondsen zijn niet-beursgenoteerd. De waardering van de fondsen betreft de reële waarde en wordt van de fondsmanagers overgenomen. Bij waardering van de fondsen is de DCF-methode gehanteerd. Bij de waardering van de fondsen wordt over het algemeen een grondslag gelijk aan de INREV-methode gehanteerd. Vastgesteld is dat deze standaarden slechts marginaal van elkaar afwijken. De waardering wordt uitgevoerd door een externe taxateur/waardeerder. We ontvangen van de meeste fondsen een ISAE3402 Type II rapport of equivalent daarvan. De controleverklaring van de externe accountant bij de waardering of jaarrekening van de fondsen, indien nog niet beschikbaar een statusupdate van de audit, wordt voor een aantal fondsen pas ontvangen nadat de jaarrekening van DELA Groep is vastgesteld. Analyse heeft uitgewezen dat er voldoende zekerheid bestaat over de betrouwbaarheid van de door fondsmanagers verantwoorde waarderingen, er blijft echter in beperkte mate sprake van schattingsonzekerheden die van nature aanwezig zijn bij de door het fonds gehouden investeringen.
Hypotheekfondsen
Het hypothekenfonds is niet-beursgenoteerd en bestaat uit investeringen in niet-NHG hypotheken. De waardering van het hypothekenfonds betreft de reële waarde en wordt van de fondsmanagers overgenomen. Bij de waardering van het hypothekenfonds is de DCF-methode gehanteerd. Het fonds past lokale boekhoudstandaarden toe die door DELA geëvalueerd worden op toepasbaarheid binnen de eigen waarderingsgrondslagen. De waardering wordt intern uitgevoerd en getoetst door de externe accountant van het fonds. We ontvangen een ISAE3402 Type II rapport daarvan. De controleverklaring van de externe accountant bij de jaarrekening van het fonds wordt ontvangen voordat de jaarrekening van DELA Groep is vastgesteld. Hiermee bestaat er voldoende zekerheid bestaat over de betrouwbaarheid van de verantwoorde waarderingen, er blijft echter in beperkte mate sprake van schattingsonzekerheden die van nature aanwezig zijn bij door het fonds gehouden investeringen.
Per balansdatum bedraagt de loan-to-value 64,6 procent (2023: 70,1 procent).
Beleggingen in liquide middelen
Beleggingen in liquide middelen hebben betrekking op vorderingen en schulden die direct verband houden met de beleggingsportefeuilles met een afgegeven mandaat aan de vermogensbeheerder.
Andere financiële beleggingen
De onder de Andere financiële beleggingen opgenomen bedragen hebben betrekking op de kunstcollectie, belangen in niet-beursgenoteerde participatiemaatschappijen en een leningenfonds. De kunstcollectie is tegen kostprijs of lagere marktwaarde gewaardeerd. Ultimo 2024 bedraagt deze € 4,3 miljoen (2023: € 4,1 miljoen). De waarde van het leningenfonds bedraagt ultimo 2024 € 73,3 miljoen (2023: 13,2 miljoen). De marktwaarde van participatiemaatschappijen is gebaseerd op de DCF-methode.
Het leningenfonds is niet-beursgenoteerd en bestaat uit investeringen in bedrijfsleningen. De waardering van het leningenfonds betreft de reële waarde en wordt van de fondsmanagers overgenomen. Bij de reële waardering van het leningenfonds zijn de standaarden gehanteerd die aansluiten bij IFRS en US GAAP. DELA heeft vastgesteld dat deze standaarden slechts marginaal afwijken van de DELA-grondslagen. De waardering wordt uitgevoerd door een externe waardeerder. We ontvangen van het fonds een ISAE3402 Type II rapport. Voordat de jaarrekening van DELA Groep is vastgesteld ontvangt DELA in ieder geval een controleverklaring, danwel een audit statement, van de accountant waarmee er voldoende zekerheid bestaat over de betrouwbaarheid van de verantwoorde waarderingen, er blijft echter in beperkte mate sprake van schattingsonzekerheden die van nature aanwezig zijn bij door het fonds gehouden investeringen.
Securities lending
DELA Groep leent aandelen en obligaties uit. Om het risico voor DELA Groep te beperken, dienen de leners hiervoor onderpand (collateral) te storten. Hierbij is cash-collateral niet toegestaan en aan de lenende partijen worden strenge eisen gesteld. Om het risico verder te beperken worden de volgende aanvullende restricties opgelegd:
- alleen tegenpartijen met een rating van minimaal A- volgens S&P;
- onderpand alleen staatsobligaties van OECD-landen met een rating van minimaal AA- volgens S&P;
- de marktwaarde van het onderpand dient minimaal 102 procent te bedragen van de marktwaarde van de uitgeleende effecten;
- aandelen op onze engagementlijst worden niet uitgeleend. Engagement is het proces waarbij actief gebruik gemaakt wordt van rechten als aandeelhouder.
De marktwaarde van de uitgeleende stukken per 31-12-2024 bedraagt € 182,3 miljoen (2023: € 408,4 miljoen). De waarde van het onderpand bedraagt € 188,4 miljoen (2023: € 421,8 miljoen).
5.3 Vorderingen
Vorderingen, specificatie
| Bedragen x € 1.000 | 31-12-2024 | 31-12-2023 | |
|---|---|---|---|
| Latente belastingvorderingen | 120.365 | 116.498 | |
| Vennootschapsbelasting | 61.761 | 81.945 | |
| Belastingen en premies sociale verzekeringen | 16.190 | 26.215 | |
| Vordering op de pensioenuitvoerder | 1.679 | - | |
| Leningen u/g bestuur | - | 85 | |
| Debiteuren | 25.163 | 20.326 | |
| Vorderingen uit verzekeren | -290 | -279 | |
| Overige vorderingen | 19.100 | 16.009 | |
| Totaal | 243.968 | 260.799 |
De overige vorderingen hebben een looptijd van korter dan een jaar, behalve de latente belastingvorderingen.
Op de latente belastingposities wordt saldering toegepast. In de tabel hieronder is een specificatie gegeven van de verschillende latente posities die gezamenlijk gepresenteerd zijn op de actiefzijde van de balans, waarbij als gevolg van saldering ook negatieve bedragen in zijn opgenomen. Dit betreft per saldo een latente belastingvordering op de Nederlandse fiscus.
Latente belastingvorderingen, specificatie
| Bedragen x € 1.000 | 31-12-2024 | 31-12-2023 | |
|---|---|---|---|
| Inzake andere fiscale waardering van: | |||
| - technische voorziening | 90.588 | 100.024 | |
| - verliesverrekening voorgaande jaren | 83.040 | 86.218 | |
| - eerste kosten | 45.703 | 37.199 | |
| - effecten | -30.309 | -31.554 | |
| - onroerende zaken | -72.033 | -78.822 | |
| - overig | 3.376 | 3.433 | |
| Totaal | 120.365 | 116.498 |
Bij de waardering van de verlieslatentie wordt de realiseerbaarheid van de post getoetst middels projecties van toekomstige fiscale winsten. In deze toekomstprojecties zitten schattingsrisico's. Deze risico's zitten voornamelijk binnen de schattingen van toekomstige beleggingsresultaten en toekomstige winstdelingen. De verlieslatentie is gedaald door correcties in de belastingaangiftes van voorgaande jaren.
5.4 Overige activa
Onroerende zaken in eigen gebruik, verloop
| Bedragen x € 1.000 | 2024 | 2023 | |
|---|---|---|---|
| Boekwaarde per 1 januari | 31.998 | 49.995 | |
| Investeringen | 5.866 | 5.726 | |
| Herwaarderingen | -2.744 | -970 | |
| Herrubricering uitvaartcentra | - | -20.852 | |
| Verwerving als gevolg van acquisitie | 3.848 | - | |
| Desinvesteringen | -9.796 | -1.383 | |
| Afschrijvingen | -1.717 | -519 | |
| Boekwaarde per 31 december | 27.455 | 31.998 | |
| Aanschafwaarde | 117.686 | 117.768 | |
| Afschrijvingen en herwaarderingen | -90.231 | -85.770 | |
| Boekwaarde per 31 december | 27.455 | 31.998 |
Over de desinvesteringen is een boekverlies van € 33.000 gerealiseerd (2023: boekverlies € 232.000).
Overige vaste bedrijfsmiddelen, verloop
| Bedragen x € 1.000 | 2024 | 2023 | |
|---|---|---|---|
| Boekwaarde per 1 januari | 30.942 | 26.025 | |
| Investeringen | 11.670 | 11.616 | |
| Verwerving als gevolg van acquisities | 501 | - | |
| Desinvesteringen | -225 | -1.087 | |
| Afschrijvingen | -8.224 | -5.612 | |
| Boekwaarde per 31 december | 34.664 | 30.942 | |
| Aanschafwaarde | 177.819 | 165.873 | |
| Cumulatieve afschrijvingen | -143.155 | -134.931 | |
| Boekwaarde per 31 december | 34.664 | 30.942 |
Over de desinvesteringen is geen boekresultaat gerealiseerd (2023: boekwinst € 17.000).
5.5 Groepsvermogen
Groepsvermogen, verloop
| Bedragen x € 1.000 | 2024 | 2023 | |
|---|---|---|---|
| Boekwaarde per 1 januari | 1.007.957 | 1.057.561 | |
| Resultaat na belastingen | 145.395 | -49.614 | |
| Overige waardemutaties | -1 | 10 | |
| Boekwaarde per 31 december | 1.153.351 | 1.007.957 |
Het totaalresultaat over het boekjaar bedraagt € 145.395.000.
5.6 Aandeel derden
Aandeel derden, verloop
| Bedragen x € 1.000 | 2024 | 2023 | |
|---|---|---|---|
| Boekwaarde per 1 januari | 891 | 3.164 | |
| Resultaat na belastingen | 46 | -29 | |
| Overige mutaties | 1 | -2.244 | |
| Boekwaarde per 31 december | 938 | 891 |
5.7 Solvabiliteit
DELA Groep bepaalt de solvabiliteit op basis van Solvency II. Dat zijn Europese rekenregels waarbij voor het bepalen van de solvabiliteit rekening wordt gehouden met de risico’s die in de balans van de verzekeraar zijn opgenomen. DELA Groep hanteert het zogeheten standaardmodel Solvency II voor haar berekeningen. Hierbij wordt uitgegaan van de door de Europese toezichthouder EIOPA gepubliceerde rentetermijnstructuur (inclusief Ultimate Forward Rate) per ultimo 2024. Het minimaal noodzakelijk geachte solvabiliteitspercentage is intern vastgesteld op 150 procent.
Solvabiliteit (op basis van Solvency II-richtlijnen)
| Bedragen x € 1.000 | 31-12-2024 | 31-12-2023 | |
|---|---|---|---|
| Vereiste solvabiliteit | 1.292.927 | 1.236.505 | |
| Aanwezige solvabiliteit | 2.583.845 | 2.574.915 | |
| Solvabiliteitsratio | 200% | 208% |
De Solvency II-ratio is weliswaar gedaald maar nog steeds robuust te noemen. Voor het verloop van de solvabiliteitsratio in 2024 wordt verwezen naar het hoofdstuk Onze financiën in het jaarverslag.
Voor een nadere toelichting op de totstandkoming van de solvabiliteitsratio's wordt verwezen naar de SFCR-rapportage (solvabiliteit en financiële toestand) die gepubliceerd is op de website van DELA.
5.8 Voorzieningen
Voorzieningen, verloop
| Bedragen x € 1.000 | Boekwaarde 31-12-2023 | Dotatie | Onttrekking | Overige waardemutaties | Boekwaarde 31-12-2024 |
|---|---|---|---|---|---|
| Voorziening latente belastingverplichtingen | 21.383 | -2.356 | - | - | 19.027 |
| Voorziening pensioenen | - | - | - | - | - |
| Voorziening ambtsjubilea | 1.388 | 103 | - | - | 1.491 |
| Overige voorzieningen | 510 | - | - | -437 | 73 |
| Totaal | 23.281 | -2.253 | - | -437 | 20.591 |
De voorzieningen hebben een overwegend langlopend karakter.
Op de latente belastingposities wordt saldering toegepast. In de tabel hieronder is een specificatie gegeven van de verschillende latente posities die gezamenlijk gepresenteerd zijn op de passiefzijde van de balans, waarbij als gevolg van saldering ook negatieve bedragen in zijn opgenomen. Dit betreft de latente belastingpositie met de Belgische fiscus.
Latente belastingen, specificatie
| Bedragen x € 1.000 | 31-12-2024 | 31-12-2023 | |
|---|---|---|---|
| Inzake andere fiscale waardering van: | |||
| - onroerende zaken | 16.309 | 447 | |
| - verliesverrekening voorgaande jaren | -5.600 | -19.626 | |
| - eerste kosten | 8.177 | 15.867 | |
| - effecten | -446 | 24.096 | |
| - overig | 587 | 599 | |
| Totaal | 19.027 | 21.383 |
5.9 Technische voorzieningen
Technische voorzieningen, specificatie
| Bedragen x € 1.000 | 31-12-2024 | 31-12-2023 | |
|---|---|---|---|
| Bruto technische voorzieningen | 8.702.955 | 8.134.587 | |
| Herverzekeringsdeel | -15.670 | -14.228 | |
| Overrentedeling | 19.489 | 17.206 | |
| Toegerekende acquisitiekosten | -126.580 | -116.165 | |
| Totaal | 8.580.194 | 8.021.400 |
Technische voorziening, verloop
| Bedragen x € 1.000 | 2024 | 2023 | |
|---|---|---|---|
| Boekwaarde per 1 januari | 8.021.400 | 7.531.734 | |
| - Uit premies | 578.879 | 561.051 | |
| - Interest | 204.959 | 189.851 | |
| - Winstdeling | 281.247 | 249.224 | |
| - Uitkeringen | -267.699 | -294.417 | |
| - Deelpremie voor overlijden | -205.458 | -187.990 | |
| - Onttrekking voor kosten | -18.921 | -18.442 | |
| - Overige mutaties | -3.798 | -279 | |
| - Toegerekende acquisitiekosten | -10.415 | -9.332 | |
| Boekwaarde per 31 december | 8.580.194 | 8.021.400 |
Nagenoeg de totale technische voorziening is als langlopend te beschouwen. De modified duration betreft 35,2.
Het aandeel van herverzekeraars in de technische voorzieningen en de uitkeringen waartoe DELA Groep uit hoofde van haar herverzekeringscontracten gerechtigd is, worden in mindering gebracht op de bruto technische voorzieningen.
De voorzieningen voor het levenrisico zijn in beginsel gebaseerd op tariefgrondslagen en dat zijn doorgaans bevolkingssterfetafels, een vaste rekenrente en kostenparameters voor eerste en doorlopende kosten.
Financiële grootheden levensverzekeringen 2024
| Bedragen x € 1.000 | Jaarpremie | Verzekerd kapitaal | Opgebouwd saldo | Voorziening verzekerings-verplichtingen | Aantal verzekerden |
|---|---|---|---|---|---|
| Uitvaartverzekering | 666.447 | 32.771.957 | 8.150.962 | 5.015.698 | |
| Spaarverzekering | 34.144 | 455.390 | 414.003 | 414.003 | 48.305 |
| Overlijdensrisicoverzekering | 65.273 | 46.545.305 | 137.990 | 512.239 | |
| Herverzekering | -15.670 | ||||
| Overrentedeling | 19.489 | ||||
| Toegerekende acquisitiekosten | -126.580 | ||||
| Totaal | 765.864 | 79.772.652 | 414.003 | 8.580.194 | 5.576.242 |
Financiële grootheden levensverzekeringen 2023
| Bedragen x € 1.000 | Jaarpremie | Verzekerd kapitaal | Opgebouwd saldo | Voorziening verzekerings-verplichtingen | Aantal verzekerden |
|---|---|---|---|---|---|
| Uitvaartverzekering | 633.350 | 30.849.723 | 7.593.849 | 4.976.199 | |
| Spaarverzekering | 36.064 | 462.710 | 420.646 | 420.646 | 53.157 |
| Overlijdensrisicoverzekering | 62.553 | 47.292.139 | 120.092 | 509.585 | |
| Herverzekering | -14.228 | ||||
| Overrentedeling | 17.206 | ||||
| Toegerekende acquisitiekosten | -116.165 | ||||
| Totaal | 731.967 | 78.604.572 | 420.646 | 8.021.400 | 5.538.941 |
Toegerekende acquisitiekosten, verloop
| Bedragen x € 1.000 | 2024 | 2023 | |
|---|---|---|---|
| Boekwaarde per 1 januari | 116.165 | 106.833 | |
| Toegerekend | 27.685 | 27.265 | |
| Afgeschreven | -17.270 | -17.933 | |
| Boekwaarde per 31 december | 126.580 | 116.165 |
Toerekening van acquisitiekosten heeft betrekking op betaalde provisies in België en Duitsland.
5.10 Toereikendheidstoets
De toereikendheidstoets betreft een toets van de technische voorziening waarbij wordt aangetoond dat deze toereikend is om met een grote mate van zekerheid aan de verplichtingen jegens polishouders te kunnen voldoen. De toets houdt in dat de balansvoorziening verminderd met hiermee verband houdende toegerekende acquisitiekosten en immateriële vaste activa wordt vergeleken met een voorziening die rekening houdt met actuele inschattingen van alle toekomstige kasstromen en met toekomstige ontwikkelingen. In deze kasstromen zijn de winstdeling en premiemaatregel begrepen. Bij deze actuele schatting zijn onzekerheidsmarges in acht genomen zoals voorgeschreven in Richtlijn 605 van de Raad voor de Jaarverslaggeving.
Indien deze actuele schatting lager uitkomt dan de aanwezige technische voorziening, kan gesteld worden dat de aanwezige balansvoorziening toereikend is om de toekomstige verplichtingen jegens de polishouders te voldoen.
Jaarlijks wordt deze toereikendheidstoets op de totale portefeuille verzekeringsverplichtingen uitgevoerd. Een eventueel tekort wordt onmiddellijk ten laste van de resultatenrekening gebracht door in eerste instantie de toekomstige winstmarges in overgenomen portefeuilles af te boeken, eventueel gevolgd door een afboeking van de toegerekende acquisitiekosten en vervolgens voor zover noodzakelijk een aanvullende voorziening te treffen. Afboekingen op toegerekende acquisitiekosten of toekomstige winstmarges in overgenomen portefeuilles als gevolg van deze toets worden in latere jaren niet meer teruggenomen. In het verleden zijn er geen afboekingen geweest.
Veronderstellingen toereikendheidstoets
| Disconteringsvoet | Gebaseerd op door EIOPA gepubliceerde rentetermijnstructuur, waarbij rekening is gehouden met de Ultimate Forward Rate (UFR) per 31 december 2024. |
| Winstdeling | Er is sprake van volledige winstdeling indien de dekkingsgraad, ofwel de marktwaarde van de beleggingen uitgedrukt in procenten van de marktwaarde van de reeds toegekende verplichtingen, hoger is dan 210 procent. Indien de dekkingsgraad 120 procent of lager is, dan is er geen winstdeling. Tussen 120 procent en 210 procent is de winstdeling naar evenredigheid. |
| Premiemaatregel | Indien zowel de 20-jaars swaprente volgens de hierboven omschreven rentetermijnstructuur lager is dan 1 procent en als de dekkingsgraad lager is dan 120 procent, wordt er een extra premieverhoging gevraagd. De extra premieverhoging bereikt de maximale waarde bij een rente van - 1 procent. |
| Verwachte sterfte | Gebaseerd op de prognosetafel 2024 van het Koninklijk Actuarieel Genootschap voor Nederland, de prognosetafel 2020 van het Instituut van de Actuarissen in België voor België en de sterftetafel 2008T van de Deutschen Aktuarvereinigung voor Duitsland. De sterftekansen uit deze bevolkingstafels zijn gecorrigeerd op basis van portefeuillestatistieken. |
| Onnatuurlijk verval | Ervaringskansen per homogene risicogroep op basis van de eigen portefeuille. |
| Kosten | De kosten per dekking zijn voor zowel Nederland als België bepaald op basis van de begroting 2025 en beleggingskosten die passen bij de verwachte beleggingsmix in 2025. |
| Garanties | Reële waarde. |
Het totaal van de technische voorzieningen laat bij de uitgevoerde toereikendheidstoets per ultimo 2024 op actuele waarde een overwaarde van € 2,1 miljard zien. Dit is enigszins lager dan vorig jaar. De uitkomsten van de toereikendheidstoets zijn op het niveau van DELA Natura (inclusief het Belgische en Duitse bijkantoor) uitgevoerd.
5.11 Langlopende schulden
Langlopende schulden, specificatie
| Bedragen x € 1.000 | 31-12-2024 | 31-12-2023 | |
|---|---|---|---|
| Depot herverzekeraars | 7.945 | 6.939 | |
| Depositofonds | 143.163 | 142.738 | |
| Geldleningen o/g extern lang | 8.261 | 8.570 | |
| Overig | 361 | 1.207 | |
| Langlopende schulden | 159.730 | 159.454 |
5.11.1 Depot herverzekeraars
De schulden aan herverzekeraars maken deel uit van een arrangement en hebben een langlopend karakter. De herverzekeraar is verplicht het herverzekerd belang in contanten bij de verzekeraars van DELA Groep te deponeren. Over het depot wordt een rente vergoed van 3 procent tot 4,5 procent per jaar (2023: 3 procent tot 4,5 procent).
Depot herverzekeraars, verloop
| Bedragen x € 1.000 | 2024 | 2023 | |
|---|---|---|---|
| Stand per 1 januari | 6.939 | 18.462 | |
| Ontvangen stortingen | 1.006 | 1.114 | |
| Afkoop herverzekeringscontract | - | -12.637 | |
| Boekwaarde per 31 december | 7.945 | 6.939 |
In 2023 is een herverzekeringscontract die betrekking had op een inactieve portefeuille afgekocht. Het bijbehorende depot is daardoor ook teruggestort.
5.11.2 Depositofonds
Dit betreft stortingen door cliënten ten behoeve van de toekomstige verzorging van de uitvaart. Deze deposito’s worden uitgekeerd bij overlijden. Hierdoor heeft deze post een overwegend langlopend karakter.
Schulden uit hoofde van het depositofonds, verloop
| Bedragen x € 1.000 | 2024 | 2023 | |
|---|---|---|---|
| Stand per 1 januari | 142.738 | 139.941 | |
| Bijgeschreven rente | 5.079 | 6.098 | |
| Ontvangen stortingen | 475 | 5.178 | |
| Afkopen | -1.206 | -777 | |
| Verwerving als gevolg van acquisities | 198 | 138 | |
| Uitkeringen | -4.121 | -7.840 | |
| Boekwaarde per 31 december | 143.163 | 142.738 |
De rentevergoeding over het depositofonds wordt jaarlijks gebaseerd op de ECB-depositorente per 31 december van het betreffende jaar plus 0,75 procent, met een minimumvergoeding van 2,5 procent tot 6,0 procent per jaar afhankelijk van ingangsdatum en het ingelegde bedrag.
De rentevergoeding voor de van voormalig-Yarden overgenomen deposito's bedroeg in 2024 3,58 procent (2023: 0,44 procent).
5.11.3 Geldleningen
Het betreft leningen die door dochterondernemingen aangegaan zijn. De van toepassing zijnde rentepercentages variëren van 1 procent tot 4 procent.
Geldleningen, verloop
| Bedragen x € 1.000 | 2024 | 2023 | |
|---|---|---|---|
| Stand per 1 januari | 8.570 | 8.948 | |
| Verwerving als gevolg van acquisities | 33 | -37 | |
| Aflossingen | -342 | -341 | |
| Boekwaarde per 31 december | 8.261 | 8.570 |
Van de geldleningen heeft € 0,2 miljoen een looptijd korter dan een jaar, € 1,7 miljoen een looptijd tussen 1 en 5 jaar en € 6,3 miljoen een looptijd langer dan 5 jaar.
5.12 Kortlopende schulden
Kortlopende schulden, specificatie
| Bedragen x € 1.000 | 31-12-2024 | 31-12-2023 | |
|---|---|---|---|
| Afgeleide financiële instrumenten | 95.515 | - | |
| Vooruitontvangen premies | 82.827 | 74.414 | |
| Crediteuren | 16.756 | 8.759 | |
| Vennootschapsbelasting | 26.847 | 17.765 | |
| Overige belastingen en sociale lasten | 11.417 | 15.430 | |
| Nog te betalen uitkeringen | 81.047 | 70.648 | |
| Kortlopend deel langlopende schulden | 87 | 90 | |
| Overige schulden en overlopende passiva | 41.730 | 52.769 | |
| Boekwaarde per 31 december | 356.226 | 239.875 |
Grafonderhoud (inbegrepen in de post Overige schulden en overlopende passiva)
De overlopende post (groot € 6,4 miljoen) wordt bepaald op basis van de vooruitontvangen opbrengsten uit hoofde van afgesloten onderhoudsovereenkomsten inzake het onderhoud van grafmonumenten. Oude contracten worden gedurende een looptijd van 15 jaar lineair afgeschreven. Nieuwe contracten worden afgeschreven in overeenstemming met de looptijd van het contract.
5.13 Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen
5.13.1 Aansprakelijkheidsstelling
Door DELA coöperatie is ten behoeve van de meeste in de consolidatie betrokken dochterondernemingen een aansprakelijkheidsstelling afgegeven zoals bedoeld in artikel 2:403 BW. De betreffende dochterondernemingen zijn opgenomen in paragraaf 1.2.
5.13.2 Garantiestelling terrorisme
Uit hoofde van de deelname aan de collectieve verzekering van de Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschaden N.V. bestaat een voorwaardelijke verplichting van terreurschaden voor een bedrag van maximaal € 2,1 miljoen. Er heeft zich in het boekjaar geen terreurschade binnen deze overeenkomst voorgedaan.
5.13.3 Bankgaranties
Binnen DELA Groep zijn in totaal voor € 0,1 miljoen aan bankgaranties afgegeven. Hoofdzakelijk zijn deze afgegeven bij huurcontracten met externe partijen.
5.13.4 Meerjarige financiële verplichtingen
Meerjarige financiële verplichtingen, specificatie
| Bedragen x € 1.000 | Korter dan één jaar | Tussen één en vijf jaar | Langer dan vijf jaar |
|---|---|---|---|
| Huurverplichtingen | 3.863 | 9.645 | 6.411 |
| Leaseverplichtingen | 5.749 | 12.578 | 254 |
5.13.5 Kredietfaciliteiten
DELA Groep heeft een kredietfaciliteit bij Northern Trust met een maximum van € 100 miljoen of 10 procent van de waarde van de effecten die in bewaring zijn gegeven. Het onderpand bestaat dan ook uit de effecten die bij Northern Trust in bewaring liggen. Het verschuldigde rentepercentage betreft het ESTER-rentetarief plus een opslag van 1,25 procent.
5.13.6 Investeringsverplichting
DELA Groep heeft in 2024 een nieuwe overeenkomst gesloten om € 150 miljoen te investeren in infrastructuurfondsen. Ultimo 2024 zijn de resterende investeringsverplichtingen met diverse tegenpartijen € 157,3 miljoen en $ 24,4 miljoen (per balansdatum omgerekend € 23.4 miljoen).
DELA Groep heeft in 2024 een nieuwe overeenkomst gesloten om € 150 miljoen te investeren in vastgoedfondsen. Ultimo 2024 zijn de resterende investeringsverplichtingen € 63,0 miljoen.
DELA Groep is in 2024 geen verplichtingen aangegaan om te investeren in land- en bosbouwfondsen. Ultimo 2024 zijn de resterende investeringsverplichtingen € 57,7 miljoen en $ 43,0 miljoen (per balansdatum omgerekend € 41,3 miljoen).
DELA Groep is in 2024 een nieuwe verplichting aangegaan van € 100 miljoen om te investeren in leningenfonden. Ultimo 2024 is de resterende investeringsverplichting € 232,2 miljoen.
DELA Groep heeft in 2024 een nieuwe overeenkomst gesloten om in 2025 alle aandelen van DFW Group B.V. te kopen voor een bedrag van € 15,9 miljoen.
Ultimo 2024 is er geen resterende investeringsverplichting in ASR Hypotheekfonds.
5.13.7 Toekomstige contractuele huurinkomsten
DELA Groep heeft uit hoofde van lopende huurovereenkomsten recht op toekomstige huuropbrengsten.
Toekomstige contractuele huurinkomsten
| Bedragen x € 1.000 | Korter dan één jaar | Tussen één en vijf jaar | Langer dan vijf jaar |
|---|---|---|---|
| Huurinkomsten | 5.053 | 14.381 | 12.277 |
5.13.8 Fiscale eenheid
Binnen DELA Groep zijn fiscale eenheden samengesteld voor de vennootschapsbelasting (VPB) en voor de omzetbelasting (OB) in zowel Nederland als België. Iedere vennootschap binnen de fiscale eenheid is hoofdelijk aansprakelijk voor de verschuldigde belastingen. In de tabel hieronder wordt de samenstelling van deze fiscale eenheden weergegeven.
Samenstelling fiscale eenheden
| VPB Nederland | OB Nederland | OB België | |
|---|---|---|---|
| DELA Coöperatie U.A. | Ja | Ja | Nee |
| DELA Holding N.V. | Ja | Ja | Nee |
| DELA Natura- en levensverzekeringen N.V. | Ja | Ja | Nee |
| DELA Vastgoed B.V. | Ja | Ja | Nee |
| DELA Hypotheken B.V. | Ja | Ja | Nee |
| DELA Crematoria Groep B.V. | Ja | Ja | Nee |
| DomusDELA Vastgoed B.V. | Ja | Ja | Nee |
| DomusDELA Klooster B.V. | Ja | Ja | Nee |
| DomusDELA Exploitatie B.V. | Ja | Ja | Nee |
| DELA Uitvaartverzorging N.V. | Ja | Ja | Nee |
| DELA Depositofonds B.V. | Ja | Ja | Nee |
| Begrafenis Onderneming Dordrecht en omstreken Beheer B.V. | Ja | Ja | Nee |
| Begrafenis Onderneming Dordrecht en omstreken B.V. | Ja | Ja | Nee |
| B.V. Begrafenisonderneming v/h G.J. van Brouwershaven | Ja | Ja | Nee |
| Aerde-hof & Dochter B.V. | Ja | Ja | Nee |
| Aerdehof Hospitality B.V. | Ja | Ja | Nee |
| Begrafenis- en Crematieverzorging Van der Laan B.V. | Ja | Ja | Nee |
| DELA US Investments B.V. | Ja | Ja | Nee |
| Begraafbeheer B.V. | Ja | Ja | Nee |
| Voor Elkaar Holding B.V. | Ja | Ja | Nee |
| Fello B.V. | Ja | Ja | Nee |
| Crematorium La Grande Suisse B.V. | Nee | Nee | Nee |
| Exploitatie crematorium La Grande Suisse B.V. | Nee | Nee | Nee |
| Begraafplaatsen & Crematorium Almere B.V | Nee | Nee | Nee |
| Uitvaartcentrum Zwolle B.V. | Nee | Nee | Nee |
| DELA Holding Belgium N.V. | Nee | Nee | Ja |
| Crematorium Brugge N.V. | Nee | Nee | Ja |
| Crematorium Vilvoorde N.V. | Nee | Nee | Ja |
| Hainaut Crémation SA | Nee | Nee | Ja |
| DELA Funerals Assistance 1 BVBA | Nee | Nee | Ja |
| Van de Vyver Uitvaartzorg B.V. | Nee | Nee | Ja |
| DELA Natura-en levensverzekeringen N.V. filiaal België | Nee | Nee | Ja |
| DELA Vastgoed België N.V. | Nee | Nee | Ja |
| Les Funérailles Borgno SA | Nee | Nee | Ja |
| DELA Enterprise N.V. | Nee | Nee | Ja |
5.14 Gebeurtenissen na balansdatum
Na balansdatum hebben zich geen gebeurtenissen voorgedaan die vermeld dienen te worden die onontbeerlijk zijn voor het inzicht van de jaarrekening respectievelijk belangrijke financiële gevolgen hebben.